"Ik werk voor het hele team van glaucoomspecialisten in Het Oogziekenhuis. Daardoor leer je als optometrist veel, want elke oogarts heeft net even een andere manier om naar glaucoom te kijken. In Het Oogziekenhuis doen de medisch oogartsassistenten en TOA’s over het algemeen de gezichtsveldonderzoeken en de OCT’s. De optometristen doen de oogmeting, de anamnese en het verdere onderzoek. Uiteindelijk stellen ze de differentiaaldiagnose en het beleid op. Onze oogartsen verwachten dat je meedenkt over de behandeling, maar blijven uiteindelijk wel eindverantwoordelijke. Het grote verschil met de oogarts is dat de optometrist geen laserbehandelingen en operaties uitvoert. We schrijven ook geen medicatie voor. De oogarts voert nieuwe medicatie in in het medicatiesysteem en voert wijzigingen door, wij kunnen deze medicatie herhalen".
Carrousel
"Er zijn afgelopen jaren in Het Oogziekenhuis wat zaken veranderd. We hadden altijd oogartsspreekuren en optometristenspreekuren naast elkaar. We draaien nu een carrousel: 1 oogarts superviseert daarbij 3 optometristen. Daarnaast hebben we de glaucoompost waar oogartsen in opleiding de patiënten onderzoeken. Zij zien stabielere glaucoompatiënten onder supervisie van een oogarts. We hebben sinds enige tijd een programma met het Optometristencollectief Rijnmond: een paar geselecteerde optometristen onderzoeken stabiele glaucoompatiënten in hun winkel om zo de zorg dichterbij te brengen, wachttijden te verkorten en de oogartsen te ontlasten. De superviserende oogarts kijkt mee met de optometrist via het elektronisch patiëntendossier. Kinderen, second opinions en meer ingewikkelde patiënten komen wel op het specialistische spreekuur bij de oogarts. Dit geldt ook voor mensen die net geopereerd of gelaserd zijn. Als de patiënt stabiel is, kan hij naar de carrousel en als het goed gaat een paar jaar later naar de optometrist in de periferie".
De Juiste Zorg op de Juiste Plek
"Ik heb de studie optometrie in Utrecht gevolgd. Die had destijds een Amerikaanse insteek met veel Amerikaanse docenten. In de VS ga je als je iets aan je ogen hebt niet naar de oogarts, maar meteen naar de optometrist. Deze doet een screenend onderzoek: wat is de oogdruk, hoe ziet het netvlies eruit, is er een bril nodig? Dat onderzoek wordt vervolgd door reguliere controles en zo nodig door het aanmeten van een bril of contactlenzen. Met de Juiste Zorg op de Juiste Plek proberen we deze methode ook te bewerkstellingen: mensen die vanuit de huisarts worden doorverwezen worden onderzocht door de optometrist. Vergelijk het met rugklachten: dan ga je ook niet meteen naar de orthopeed, maar kom je eerst bij de fysiotherapeut. Binnenkort starten we ook met het Optometristencentrum op een buitenlocatie van Het Oogziekenhuis. Daar zullen we zelfstandig en zonder tussenkomst van de oogarts, stabiele patiënten regulier gaan opvolgen. Het volgende doel zal zijn patiënten te onderzoeken die verwezen worden door de huisarts. Deze werkwijze zal moeten groeien: veel mensen hebben nog nooit van de term optometrist gehoord en denken dat oogonderzoek door de oogarts moet worden gedaan."
Boemeltreintje
"Het grootste verschil met toen ik begon als optometrist is de inzet van de OCT-scan, waarmee je in een vroeg stadium afwijkingen kunt opsporen. Elke patiënt die je vroegtijdig opspoort en goed kunt behandelen is uiteindelijk zorg- en kostenbesparend, maar glaucoom heb je helaas voor de rest van je leven. Om een uitspraak van een collega aan te halen: “Glaucoom is als een sneltrein: als hij eenmaal rijdt, gaat ‘ie door. Je probeert er een boemeltreintje van te maken door te behandelen, maar je kunt de trein niet stopzetten."
Goede informatie
"Ook de meerwaarde van het meten van het hoornvliesdikte is iets van de laatste jaren. Verder is de kennis van patiënten toegenomen door ‘dokter Google’. Patiënten krijgen bij ons via de mail folders toegestuurd over de onderzoeken, behandelingen of operaties die ze te wachten staan. Omdat bekend is dat er maar een gedeelte blijft hangen van wat er tijdens een consult gezegd wordt, is het belangrijk dat mensen informatie rustig kunnen nalezen en bijvoorbeeld bij de Oogvereniging lotgenotencontact kunnen vinden. Als een patiënt de spreekkamer uitloopt is het belangrijk dat hij weet waar alle onderzoeken voor zijn. Ook heeft hij het recht om te weten wat de uitslagen van die onderzoeken zijn. Je wil dat de patiënt met zo min mogelijk vragen naar huis gaat."