Best bezochte DOS-symposium ooit

Op 18 januari jl. werd het 4e DOS-symposium gehouden. DOS heeft als doel het bevorderen van de kwaliteit van diagnostiek en behandeling van orbita-, traanweg- en ooglid/conjunctiva-pathologie in Nederland. Tevens is het DOS een vraagbaak voor oogartsen met medische vragen op dit terrein.  Tijdens het symposium kwamen meer dan 160 oogartsen, dermatologen en ocularisten bijeen voor praktische nascholing op het gebied van ooglidchirurgie. Een all-time high qua bezoekersaantal. Speciale gastspreker was Prof. Ronald Bleys (anatoom), die bekend staat om zijn didactische kwaliteiten. Hij gaf op heldere wijze een overzicht over de anatomie van de oogleden en aangezicht.

Ervaren oculoplastisch chirurgen gingen aan de hand van video’s en powerpoints op interactieve wijze in op ooglidoperatietechnieken, indicaties en complicaties. Alles gericht op de dagelijkse praktijk. Vanuit Het Oogziekenhuis Rotterdam spraken Willem van den Bosch, Ronald de Keizer, Gijsbert Hotte en Dion Paridaens.

Dr. Willem van den Bosch ging in op algemene kennis van hechtmaterialen: naalden en draden als ook instrumentarium. Kennis hiervan geeft de chirurg de mogelijkheid om een juiste en weloverwogen keuze te maken van het materiaal dat kan bijdragen tot een goede uitvoering van de ingreep. Hij ging verder in op de verschillende manieren van hechten en de over zaken als trekkracht van materialen.

Drs. Gijsbert Hotte sprak over het belang van een combinatietherapie voor het corrigeren van involutioneel entropion van het onderooglid: een naar binnen geklapt ooglid, dat meestal op oudere leeftijd ontstaat. Hierbij wordt het verslapte en instabiele ooglid niet alleen horizontaal ingekort maar wordt ook de spier die het onderooglid omlaag trekt weer vastgemaakt aan de bindweefselplaat waardoor meer stabiliteit ontstaat.

Drs. Ronald de Keizer sprak over de gunstige resultaten van ptosis (hangend bovenooglid) correctie bij volwassenen middels een techniek via de achterzijde van het bovenooglid. Deze zogenaamde tarscoconjunctivomullerectomie (TCM) is een kortdurende ingreep die goed onder lokaal anesthesie kan worden verricht en waarbij geen uitwendig zichtbaar litteken ontstaat. Belangrijkste voordeel is de hoge mate van postoperatief succes, waarbij zowel de contour van het bovenooglid als de hoogte beter voorspelbaar zijn t.o.v. een techniek via de voorzijde van het ooglid. In Het Oogziekenhuis Rotterdam bestaat de grootste ervaring met deze techniek, die meermalen per week wordt toegepast sinds vele jaren bij patiënten die ofwel ouderdomsptosis hebben ofwel ptosis van de bovenoogleden door langdurig gebruik van harde of zachte contactlenzen, een andere belangrijke oorzaak voor het ontstaan van een hangend bovenooglid op volwassen leeftijd.

Dr. Dion Paridaens besprak –samen met een collega uit het Groningse UMC- de oorzaken en diagnostiek van cicatricieel ectropion, een aandoening waarbij het ooglid naar buiten gedraaid wordt door een tekort aan huid. Deze aandoening kan zowel op kinder- als op oudere leeftijd ontstaan. Op jonge leeftijd door aangeboren huidziekte, op oudere leeftijd door trauma of huidziekte. In een video werd getoond hoe een operatieve reconstructie van een naar buiten gedraaid onderooglid werd verricht, waarbij verklevingen werden losgemaakt en het huidtekort werd aangevuld met overtollige huid uit het bovenooglid. Belangrijk is tevens een goede fixatie van het onderooglid aan de buitenooghoek om stabiliteit en een goede contour te verkrijgen.


Ook uit andere DOS centra waren er presentaties:
Dr. Peerooz Saeed (AUMC) sprak over malposities van de wenkbrauw en hoe deze op te lossen. Hij besprak diverse technieken voor correctie van hangende wenkbrauwen, zoals directe en indirecte lifttechnieken. Vaak is er bij een milde wenkbrauwptosis in de context van huid surplus van de bovenoogleden alleen met bovenlidcorrectie (huidverwijdering) al een adequaat functioneel en cosmetisch resultaat te verkrijgen.

Drs. Roel Kloos (AUMC) sprak over het floppy eyelid syndroom en de behandeling hiervan. Bij deze bijzondere aandoening die met name bij obese volwassen mannen optreedt ontstaat er verslapping van de boven oogleden, waardoor deze ’s nachts over de onderoogleden gaan schuren. Dit leidt tot chronische irritatie en ontstekingen die erg hinderlijk kunnen zijn. Ook gaan de wimpers naar beneden staan en als een gordijntje licht wegnemen. De aandoening gaat vaak gepaard met nachtelijke apnoe (stokkende ademhaling) dat potentieel gevaarlijk is, en fors snurken. Patiënten worden meestal hiervoor ook doorgestuurd naar de KNO arts. Qua oogleden bestaat de behandeling meestal uit het horizontaal inkorten van de bovenoogleden, dat vaak een gunstige uitkomst geeft.

Dr. Dyonne Hartong (AUMC) sprak over de mogelijkheden van het aanvullen van slijmvlies bij een tekort hieraan in de oogleden: cicatricieel entropion. Hierbij kan slijmvlies van elders, bijvoorbeeld uit lip of wang, worden gebruikt. Dit donorslijmvlies heeft het voordeel dat het ook vochtig genoeg is voor het oog, dat goed beschermd moet worden tegen irritatie en uitdroging, waardoor oogpijn en ook slecht zien zou kunnen ontstaan.

Dr. Rachel Kalmann (UMCU) sprak over correctie van hangende bovenoogleden via een snede in het bovenooglid, vaak uitgevoerd in combinatie met verwijdering van huidoverschot. De voetangels en klemmen voor de operatie werden besproken. Bij deze operatie is er een kans van 15% op een onder- of overcorrectie. Littekens zijn in het algemeen wel acceptabel daar ze wegvallen in de plooi.

Drs. Christine Eenhorst (Heerhugowaard) sprak over de indicaties en technieken van blepharoplastieken (correctie van huid- of vetteveel in de oogleden). Een goede techniek en veel oefening met tevens kennis van zaken omtrent complicatie behandeling zijn belangrijke voorwaarde voor een veilig verloop van de ingreep, die doorgaans - in ervaren handen - goede satisfactie kent.

Em. prof dr. Maarten Mourits (Bergman kliniek Amsterdam) sprak over de opties voor chirurgische rehabilitatie van patiënten met aangezichtsverlamming (facialis parese). Deze patiënten krijgen problemen met uitdroging van het oog doordat de kringspier van de oogleden niet meer goed functioneert. Tevens gaat de wenkbrauw wat hangen. Meestal wordt aanvankelijk volstaan met beschermende maatregelen zoals kunsttranen en eventueel horlogeglasverband, maar na 6 maanden zal –zo nodig- vaak worden overgegaan op chirurgie ter verbetering van de oogsluiting. Zo kan een onderooglid horizontaal worden ingekort en kan er een gouden of platinum gewichtje in het bovenooglid worden ingebracht. Tevens kan een hangende wenkbrauw uitstekend worden behandeld met een zogenaamde ‘directe browlift’ waarbij een huidexcisie boven het niveau van de wenkbrauw wordt verricht. Dit levert wel een zichtbaar litteken op, maar dit is zelden een probleem als er binnen dit gebied al rimpelvorming bestaat.

Drs. Stijn Genders (LUMC) sprak over diverse technieken om biopten te nemen van afwijkingen in het ooglid die mogelijk kwaadaardig zouden kunnen zijn. Hij brak een lans voor een stansbioptje vanwege de eenvoud hiervan en het gunstige specimen voor de patholoog: het weefsel kan zo goed worden beoordeeld.

Dr. Willem van den Bosch (Het Oogziekenhuis Rotterdam) besprak de mogelijkheden om defecten van het ooglid, ontstaan door het chirurgisch verwijderen van ooglidtumoren, te sluiten met aandacht voor functie en cosmetiek als ook patiënten satisfactie. Verder ging hij in op de marges van excisie, die per tumortype variëren. De marges die in de huid buiten het ooggebied hiervoor gehanteerd worden kunnen vaak in het ooglid niet gehanteerd worden, vanwege de wens om gezond ooglidweefsel over te houden.

De organisatie was in handen van Dr. Dion Paridaens (Het Oogziekenhuis Rotterdam/Erasmus MC) en Drs. Roel Kloos (Amsterdam UMC) en werd ondersteund door Alexandra Bieren (Het Oogziekenhuis Rotterdam) en Jackie van der Horst (DOS) met sponsoring van Rockmed en Tramedico. Moderators waren Dr. Rachel Kalmann (UMCU) en Dr. Peerooz Saeed (AUMC).

Over twee jaar wordt dit symposium (met ander thema) wederom georganiseerd.

DOS
In 2012 werd de landelijke werkgroep Dutch Orbital Society (DOS) opgericht met als doel:
• Het bevorderen van de kwaliteit van diagnostiek en behandeling van orbita-, traanweg- en ooglid/conjunctiva-pathologie in Nederland door het opstellen van protocollen en formuleren van kwaliteitseisen.
• Vraagbaak zijn voor oogartsen met medische vragen op dit terrein.
• Verspreiding van kennis en ervaring door middel van organisatie van symposia en workshops en stimuleren van onderzoek.

Meer informatie over het DOS op www.dosweb.info